donderdag 30 augustus 2007

Communicerende vaten ter linkerzijde:
kansen en bedreigingen

Progressief Vlaanderen verloor de verkiezingen op 10 juni (als we de ACW-stemmen even buiten beschouwing laten). SP.a verliest 9 zetels, Groen! wint er slechts 4. De progressieve partijen verliezen 4,8% en 5 zetels aan (centrum)rechts.

Progressieve Vlaamse zetels in 2003 : 23 (SP.A/Spirit) + 0 (Agalev) = 23
Progressieve Vlaamse zetels in 2007 : 14 (SP.A/Spirit) + 4 (Groen!) = 18
Resultaat : - 5 zetels

In het rapport Janssens worden verschillende verklaringen aangegeven voor het verlies van de SP.A. Maar over Groen! wordt nauwelijks gerept. Het is nochtans duidelijk dat SP.A zo goed als gedwongen was om sterk in te zetten op het behoud van de groene kiezers en zetels die men in 2003 had binnengehaald (bijna 200.000 stemmen en omzeggens alle 9 zetels van Agalev). SP.A-voorzitter Vande Lanotte werd willens nillens gegijzeld door zijn groene kiezers. De winst in 2003 was zo spectaculair, dat behoud of verlies van zelfs maar een deel van deze groene achterban beslissend zou zijn voor winst of verlies in 2007. De SP.A voerde dan ook een campagne die sterk gericht was op groene thema’s (milieu, anti-kernenergie, ontwikkelings-samenwerking), maar betaalde hiervoor cash aan haar rechterflank, waar zich een regelrechte leegloop voordeed. Voorzitter Vande Lanotte is dus jammerlijk mislukt in zijn spreidstand tussen groene en centrumkiezers. Hij slaagde er wel in de groei van Groen! af te blokken, maar betaalde daarvoor een zeer hoge prijs. De partij verliest 9 zetels en daarvan gaan er maar vier naar Groen! De rest verschuift naar centrum-rechts. We vatten dit samen met volgende beeld :


De klassieke theorie van de communicerende vaten ter linkerzijde klopt voor een deel, maar voor een belangrijk deel ook niet. Dat blijkt uit een analyse van de kiesuitslagen van progressieve partijen in Duitsland, Nederland en belgië (zie artikel in Oikos nr. 42).
Een éénzijdige voorstelling is misleidend. Het is niet zo dat verschillende progressieve partijen steeds vooral winnen of verliezen t.o.v. elkaar en elkaar dus verzwakken. Meerdere progressieve partijen die apart van elkaar opkomen, kunnen juist het kiezersbereik van de progressieve zijde fors verruimen. Strategieën waarbij progressieve partijen elkaar actief bekampen, kunnen daarentegen leiden tot een stelselmatige verzwakking van het progressieve kamp.

De keuzes die de partijstrategen de komende maanden maken, zullen bepalend zijn voor het politieke landschap in Vlaanderen. Als SP.A of Groen! vooral mekaar als vijand blijven opvoeren, dreigen ze samen fors in te boeten aan kiezersbereik. De geschiedenis leert anderzijds dat alle progressieve partijen – zeker in de oppositie – kunnen winnen door elk sterk uit te komen voor het eigen project.

maandag 20 augustus 2007

Groene Waarden en Normen


Mensen zijn terug op zoek naar waarden en normen. De CD&V lijkt hen het meest houvast te bieden. Het normen- en waardendiscours van de kristen - democraten was één van de kritische succesfactoren op 10 juni. Gezin, veiligheid, geborgenheid, beschutting tegen een losgeslagen maatschappij. “SAMEN” : de keuze voor een herstel van de waarde van samen-leven, het herstel van de waarde van het collectieve op het individuele. Degelijk bestuur behoort daarbij als reactie op eindeloos experimenteren. In feite was Paars één langgerekt experiment met meer individuele vrijheden, emancipatie, libertaire waarde, dus afbreuk aan strenge normen, zelf je weg zoeken, wars van betutteling. Vlaanderen ging een heel eind mee : homo-huwelijken, euthanasie, verdraagzaamheid voor andere culturen, jonge, blitse politici, losse relaties. Maar Vlaanderen zegt op een bepaald moment ook duidelijk “nee” : legalisering van drugs, geweld en sex op TV, onveiligheid op straat, een te opdringerige islam.

Als Groenen krijgen we makkelijk het verwijt dat we te veel moraliseren, dat we met het vingertje zwaaien. We houden ons in. We willen niet meer geassocieerd worden met te veel regeltjes. Maar tegelijk dreigen we de aansluiting op het nieuwe waardendebat te missen.

Terwijl de groene beweging in oorsprong een nieuwe waarden- beweging is, die in het katholieke Vlaanderen dierf opkomen voor emancipatie en tegelijk nieuwe waarden beleed. Luc Versteylen kwam op voor het catacomben-kristendom vs. Het Koekelberg- katholicisme. De waarden van de “herlevingsbeweging” ANDERS GAAN LEVEN waren stilte, soberheid en samenhorigheid.

Dat is dertig jaar geleden. Wat is een moderne vertaling van groene waarden en normen?


1. “ECOLOGIE” is een wetenschap. Maar in de politiek is het vooraal een morele oproep, een “WAKE UP CALL”. De ecologische norm heet al enige jaren “DUURZAAMHEID” (“sustainability”). Respect voor de natuur, voor het leefmilieu, voor de (overlevings)kansen van anderen. Het is het omgekeerde van verspilling, het opsouperen van milieugebruikswaarde waar je eigenlijk geen recht op hebt. De aarde behoort aan onze kinderen en kleinkinderen. Ieder heeft recht op een eerlijk aarde- aandeel. Wie meer gebruikt, steelt van de armen vandaag of morgen. “Gij zult niet meer nemen, dan waar ge recht op hebt. Duurzaamheid als waarde, soberheid als norm. Kiezen voor kwaliteit i.p.v. hoeveelheid.

Minder CO2 uitstoten als morele plicht? Is het rond rijden met een energieverslindende 4X4 zoveel als een ecologische zonde? Is betalen voor CO2-compensatie dan letterlijk het kopen van een aflaat?

2. Groenen zijn sociaal. Maar uiteraard is dat geen eigenschap die we voor ons zelf alleen kunnen opeisen. Hoe anders sociaal is Groen?
Ivan Illich gebruikte het begrip CONVIVIALITEIT (samenhorigheid). Een samenleving die weer kiest voor de menselijke maat, voor mensen die mekaar meer ontmoeten, voortdurend met mekaar omgaan, in de eigen straat, wijk, onbekenden in de stad. Kiezen voor nieuwe netwerken waar de oude verloren gingen. Ingaan tegen het individualisme van ieder (consumeert) voor zich. Ingaan tegen de eenzaamheid (ieder leeft op zich), tegen de vervreemding (nergens meer thuis – alles wordt uniform). Dat heeft ook te maken met infrastructuur (verkeer, distributie, energie) en voorzieningen (welzijn, onderwijs) : kleinschalig vs.. grootschalig, decentraal vs. centraal, zelfvoorziening vs. commerciële monopolies. Het heeft ook te maken met democratie : Groenen geloven in mondige mensen die participeren (het nieuwe woord is co-productie). Burgerzin maakt integraal deel uit van de nieuwe samenhorigheid. Democratie van onderop, vanuit de basis, met wortels in het volle leven (“grassroots democracy”).

De moderne buurtwinkel (versta superette) als model van een conviviale samenleving. Niet de oude kruidenier met dorpsroddel en vervallen producten. Maar de aantrekkelijke superette/traiteur met vriendelijke service en kwaliteitsproducten op maat.

3. Groenen zijn geweldloos. VREDE is de eerste en belangrijkste groene waarde. GREEN- PEACE. Ingaan tegen geweld is ingaan tegen alle vormen van verdrukking, wereldwijd, ook dicht bij huis. Ingaan tegen geweld in de samenleving, in relaties, geweld ingebakken in instituties, religies, ideologieën. Emancipatie is opkomen voor geweldloosheid in de praktijk. Dat is immers het dilemma van de geweldloosheid : geweld gedogen, is ook een vorm van geweld. Uitbuiting en slavernij zijn ook vormen van structureel geweld, net als armoede. Geen geweld gebruiken als norm volstaat niet. Verdraagzaamheid evenmin : er is meer nodig dan het gedogen van anderen. Solidariteit is de actieve vorm van geweldloosheid.
Voorstel Dewael om geld verkeersveiligheid in te pikken is beschamend

Duizend verkeersdoden zijn en blijven er duizend teveel

Groen! is het niets eens met de voorstellen om de opbrengsten van de verkeersboetes ook voor andere doeleinden in te zetten dan voor verkeersveiligheid. Het feit dat minister Dewael dit voorstel steunt is beschamend. Als er nu ergens NIET op bespaard mag worden, dan is het wel op verkeersveiligheid.

De Paarse ministers zouden ter zake beter enige schroom aan de dag leggen. Het paars bilan op vlak van verkeersveiligheid is niet bepaald schitterend. De noden op het vlak van verkeersveiligheid zijn nog steeds erg groot. Met meer dan duizend verkeersdoden per jaar zit België nog altijd slecht in vergelijking met andere landen. En het aantal slachtoffers lijkt te stagneren. Het is helemaal niet meer zeker dat de doelstelling van een halvering van het aantal verkeersdoden tegen 2010, nog zal gehaald worden.

In die omstandigheden is het onverantwoord om de beschikbare middelen een andere bestemming te geven. Als er binnen bepaalde politiezones een verzadiging zou bereikt zijn wat investeringen betreft in sensibilisering of handhaving, kunnen en moeten de resterende middelen volgens Groen! ingezet worden voor investeringen door gemeenten, provincie of gewest in veiliger kruispunten en wegen, extra fietspaden, betere voetpaden of voor het steunen van experimenten met veiliger wagens (bv. het systeem van de intelligente snelheids-begrenzing ISA). In vergelijking met bv. Nederland hebben we op het vlak van investeringen in veilige wegen, nog een grote achterstand in te lopen.

Het is evident dat een deel van de middelen wordt overgedragen aan de wegbeheerders in afwachting dat het hele verkeersbeleid duidelijker onder gewestbevoegdheid komt. En dat ook de inspanningen van gemeenten en het gewest inzake verkeersopvoeding en een meer dynamische rij-opleiding, sterker ondersteund worden.

Groen! is verontrust door het feit dat politiemensen zo een enge invulling geven aan de zorg voor meer verkeersveiligheid. Sommigen denken blijkbaar niet verder dan flitspalen of moto’s. Terwijl veel preventieve en sensibiliserende acties op het terrein nog mogelijk zijn.